Distribution and trends
Distribution
This map is derived from the Bird Atlas of the Netherlands (Sovon 2018). For each atlas square of 5x5 km, increased dot size showns possible breeding, probable breeding and confirmed breeding.
Data derived from observations of rare non-breeding birds. The distribution is presented in 5x5 km squares.
Population trends
nightroost trend
Data derived from waterbird monitoring scheme (roosting birds). Shown is the maximum number of birds (with standard error) for each season from July-June.
- vanaf 1990
- no detectable trend (~)
- laatste 12 jaar
- significant increase, < 5% a year (+)
Breeding success and survival
Not enough data.
Seasonal occurrence
seasonal pattern
Data derived from observations of rare non-breeding birds.
Occurrence description
Buiten broedtijd
Lachsterns in Nederland zijn afkomstig van de kleine broedpopulatie in Noord-Duitsland. De aantallen namen daar sterk af, wat zijn gevolgen had voor de Nederlandse situatie. Midden twintigste eeuw ging het bij ons nog om vele honderden exemplaren, die een gemeenschappelijke slaapplaats op Balgzand hadden. Vanaf ongeveer 1980 worden er hooguit enkele tientallen gemeld. Deze houden zich van half juli tot begin september grotendeels op in polderland in de Kop van Noord-Holland en Groningen. Naast de oude slaapplaats op het Balgzand slapen Lachsterns ook in de Dollard. Tijdens de voorjaarstrek, van half april tot eind mei, blijven Lachsterns doorgaans niet lang in Nederland hangen.
Broedtijd
Zekere broedgevallen werden gemeld tussen 1931 en 1958 van verschillende locaties langs de kust en in het IJsselmeergebied. Incidenteel worden nog broedpogingen gedaan, die tot op heden niet succesvol zijn geweest. Bij een broedgeval op de Markerwadden in 2020 stierf het enige kuiken voortijdig.
Birds directive
Conservation status
The Birds Directive focuses on the conservation of all naturally occurring wild bird species in Europe, including the Gull-billed Tern.
This means that EU Member States must take measures to maintain or bring the populations of these species to a level that corresponds in particular to ecological, scientific and cultural requirements.
The Birds Directive requires Member States to maintain habitats for birds of sufficient size and quality, including through the designation of Special Protection Areas for the benefit of the European Natura 2000 network. No special protection zones have been designated for the Gull-billed Tern in the Netherlands. The national population must be able to maintain itself at a favorable level.
What is the methodology to assess the conservation status of birds
breeding bird
The conservation status of the Gull-billed Tern as breeding bird in the Netherlands is unknown.
State of Conservation Assessment | ||||
Distribution | Population | Habitat | Future | Final verdict |
unknown | unknown | unknown | unknown | unknown |
non-breeding bird
The conservation status of the Gull-billed Tern as non-breeding bird in the Netherlands is favourable.
State of Conservation Assessment | ||||
Distribution | Population | Habitat | Future | Final verdict |
favourable | favourable | favourable | favourable | favourable |
Assigned areas
No areas assigned
Counting guidelines
Broedvogels
Methode
Nesten tellen, evt. volwassen paren/individuen tellen op broedplaats.
Tijd van het jaar
Begin May t/m half July
Tijd van de dag
Gehele dag.
Datumgrenzen, normbezoeken en fusieafstand
Valid sightings | normbezoeken | minimaal vereist | fusie- | |||||||||
adult | paar | terr | nest | migrant | 1 | 2 | 3 | seizoen | datumg | datumgrens | afstand | |
. | X | X | X | 2 | 15-5 t/m 30-6 | 1000 |
Aanwijzingen
Bij waarneming in potentieel broedbiotoop (sternkolonie langs kust) opletten of er aanwijzingen zijn voor een broedgeval: balts (vaak in vlucht, soms ook prooiovergave), nestbouw, bezoek (vermoedelijk) nest, vogel in broedhouding, alarm (echter ook op grote afstand van het nest mogelijk), agressie (betrekkelijk zelden potentiële vijanden aanvallend), voedseltransport (beide ouders), vogel met pulli enz.
LET OP: Doortrek tot half mei en vanaf begin juli; trekkers kunnen baltserig gedrag vertonen. Foeragerende vogels kunnen op tientallen km van het nest zijn. Benadering van nest vrijwel altijd vanaf land (niet vanaf zee). Vliegvlugge jongen kunnen op grote afstand van de nestplaats worden gevoerd.
Documentatie
Soort broedde onregelmatig in Nederland tot eind jaren vijftig, daarna slechts een enkele broedpoging. Graag uitgebreide documentatie, met per dag beschrijving van hetgeen is waargenomen; geef ook hoogste broedcode.
Broedbiologie
Broedt in open, schaarsbegroeid terrein, vrijwel steeds samen met Visdieven (of andere sterns) of Kokmeeuwen. Eileg van begin mei tot begin juli, vooral eind mei en begin juni. Eén broedsel per jaar, meestal 1-3 eieren, broedduur 22-24 dagen, jongen (nestvlieders) na ca. 30 dagen vliegvlug.
Slaapplaatstelling
Tijd van het jaar
Half juli-half augustus.
Tijd van de dag
Avond: van 1 uur voor zonsondergang tot half uur erna.
Aanwijzingen
- Slaapplaats lokaliseren door volgen van slaaptrek in avond (richting belangrijk!) of evt. gericht bezoeken van geschikte locaties rond zonsondergang.
- Oppassen met voorverzamelplaatsen (vogels verkassen nog).
- Zoek telpunt met goed uitzicht op aan-/afvliegende vogels.
- Vogels arriveren bij helder weer gemiddeld later dan bij donker weer.
- Bij aanvang van telling de aanwezige vogels noteren, vervolgens aan- en/of afvliegende vogels noteren.
Bijzonderheden
- Van wege de mobiliteit van de soort zijn simultane slaapplaatstellingen noodzakelijk om juiste aantallen vast te stellen.
- Telescoop is noodzakelijk, de vogels zitten vaak ver weg tussen andere sterns en Kokmeeuwen.
- Vaak gemengd met andere sterns en meeuwen, zowel in vlucht als op slaapplaats.