Verspreiding en trends
Verspreiding
Deze kaart is gebaseerd op landelijke tellingen van kolonievogels en zeldzame broedvogels (Meetnet Broedvogels). Per atlasblok van 5x5 km is het aantal broedparen gegeven.
Deze kaart is gebaseerd op de Vogelatlas van Nederland (Sovon 2018). Per atlasblok van 5x5 km is er een schatting van het aantal individuen gegeven.
Aantalsontwikkeling
broedvogeltrend
Deze grafiek is gebaseerd op het Meetnet Broedvogels (kolonies en zeldzame broedvogels). Weergegeven is de jaarlijkse populatie-index, gebaseerd op de gehele populatie of aantallen in de belangrijkste broedgebieden (rode punten) en de trendlijn (donker gekleurde lijn).
- vanaf 1993
- significante afname, >5% per jaar (--, minimaal halvering in 15 jaar)
- laatste 12 jaar
- significante afname, >5% per jaar (--, minimaal halvering in 15 jaar)
Broedsucces en overleving
Onvoldoende gegevens beschikbaar voor trendanalyse.
Seizoensvoorkomen
seizoenspatroon
Deze gegevens zijn gebaseerd op losse waarnemingen uit het Bijzondere Soorten Project (BSP)
Beschrijving voorkomen
Buiten broedtijd
De broedlocaties raken in maart en april bezet en in dezelfde periode vind ook enige doortrek plaats. In de nazomer kunnen zich kleine groepjes vormen. De najaarstrek begint in september, bereikt een piek eind september en in oktober. Tot diep in november passeren nog kleine aantallen. De aantallen overwinteraars en trekkers zijn het hoogst in tijden waarin ook de broedvogelstand floreert. Waarnemingen in de winterperiode zijn schaars en worden meestal gedaan op plekken waar groepen vinkachtigen komen foerageren.
Broedtijd
Sinds het eerste zekere broedgeval, in 1922, kenden Europese Kanaries ups and downs in ons land. In de beste perioden, zoals in de tweede helft van de jaren zeventig en jaren negentig, kwamen er enkele honderden paren in ons land voor. In andere perioden waren het er hooguit enkele tientallen. De fluctuaties kennen een parallel met die in aangrenzende gebieden en houden vrijwel zeker verband met de aanvoer uit zuidelijker kerngebieden. Ondanks de fluctuaties gaat de algehele trend rap bergafwaarts en broeden er tegenwoordig nog maar enkele paartjes in Nederland. Limburg is steeds de belangrijkste provincie, maar het accent verschoof. Lag dat eerst op het zuiden, met Maastricht en Valkenburg als bolwerken, sinds de eeuwwisseling is de ruime omgeving van Venlo belangrijker. Buiten Limburg vormt de Achterhoek de meest regelmatig bezette regio.
Vogelrichtlijn
Staat van instandhouding
De Vogelrichtlijn richt zich op de instandhouding van alle natuurlijk in Europa in het wild levende vogelsoorten waaronder de Europese Kanarie.
Dit betekent dat de EU-lidstaten maatregelen moeten nemen om de populaties van deze soorten op een niveau te houden of te brengen dat met name beantwoordt aan de ecologische, wetenschappelijke en culturele eisen. Daaronder wordt onder andere een gunstige staat van instandhouding verstaan. Het begrip Staat van instandhouding is zo ongeveer synoniem voor de mate van duurzaamheid of gezondheid van een populatie van een soort.
De Vogelrichtlijn verlangt van de lidstaten dat ze leefgebieden voor vogels in voldoende omvang en kwaliteit in stand houden, waaronder door de aanwijzing van speciale beschermingszones ten behoeve van het Europese Natura 2000-netwerk. Voor de Europese Kanarie zijn in Nederland geen speciale beschermingszones aangewezen. De landelijke populatie moet zich wel op een gunstig niveau kunnen handhaven.
Methodiek voor de bepaling van de Staat van instandhouding van vogels
broedvogel
De Staat van Instandhouding van de Europese Kanarie als broedvogel in Nederland is zeer ongunstig.
Beoordeling Staat van Instandhouding | ||||
Verspreiding | Populatie | Leefgebied | Toekomst | Eindoordeel |
zeer ongunstig | zeer ongunstig | zeer ongunstig | zeer ongunstig | zeer ongunstig |
niet-broedvogel
De Staat van Instandhouding van de Europese Kanarie als niet-broedvogel in Nederland is onbekend.
Beoordeling Staat van Instandhouding | ||||
Verspreiding | Populatie | Leefgebied | Toekomst | Eindoordeel |
onbekend | onbekend | onbekend | onbekend | onbekend |
Aangewezen gebieden
Er zijn geen gebieden aangewezen voor deze soort.
Telrichtlijnen
Broedvogels
Methode
Territoriumkartering
Tijd van het jaar
Half maart t/m half augustus
Tijd van de dag
Vooral 's ochtends, in verband met verkeerslawaai bij voorkeur op zondagochtend.
Datumgrenzen, normbezoeken en fusieafstand
geldige waarnemingen | normbezoeken | minimaal vereist | fusie- | |||||||||
adult | paar | terr | nest | migrant | 1 | 2 | 3 | seizoen | datumg | datumgrens | afstand | |
. | X | X | X | 2 | 10-4 t/m 31-7 | 300 |
Aanwijzingen
Alle waarnemingen in geschikt biotoop (tuinen, parken) noteren, met speciale aandacht voor zang, balts (uit boomtop of in vlindervlucht) en nestbezoek (mannetje voert vrouwtje en kleine jongen op nest, beide partners brengen in late jongenfase voedsel aan).
LET OP: Doortrekkers (vooral april) zingen soms even. Solitaire broedparen kunnen onopvallend zijn tijdens de eileg. Ze lijken dan na een korte zangpiek van de aardbodem verdwenen. Controleer dus alle locaties waar zang gehoord is meerdere malen. Veelal enkele paren dicht bijeen voorkomend, en soms moeilijk te tellen doordat baltsvluchten over grote afstand worden uitgevoerd en vogels door elkaar heen vliegen. Soms echter zitten mannetjes allemaal op boomtoppen, antennes etc. te zingen en zijn dan goed te tellen. Waarnemingen van overvliegende (evt. roepende) vogel niet goed bruikbaar omdat vogel op 100-en m afstand van nest kan zijn; tracht vogel te volgen.
Documentatie
Broedgevallen buiten de bekende regio's (Twente, Achterhoek, randen Veluwe en vooral Limburg) goed documenteren, met hoogste broedcode per datum.
Bijzonderheden
Sterk fluctuerende trend in Nederland, met periodieke dalen (enkele tientallen territoria) en pieken (enkele honderden).
Broedbiologie
Nestelt goed verborgen in bij voorkeur naaldbomen in de onderste periferie van de kroon of in een struik. Nesten kunnen bij hoge dichtheid tot op 5 m van elkaar liggen (in Nederland zeldzaam). Eileg van eind april tot half juli. Twee (incidenteel drie) broedsels per jaar, meestal 3-5 eieren, broedduur 12-14 dagen, nestjongenperiode 14-16 dagen.