Verspreiding en trends
Verspreiding
Deze kaart is gebaseerd op de Vogelatlas van Nederland (Sovon 2018). Per atlasblok van 5x5 km is er een schatting van het aantal individuen gegeven.
Aantalsontwikkeling
niet-broedvogeltrend
Deze grafiek is gebaseerd op het Punt Transect Tellingen project (PTT). Weergegeven is de jaarlijkse index van de winterpopulatie in december (rode punten), de trendlijn (donker gekleurde lijn) en het 95% betrouwbaarheidsinterval
- vanaf 1980
- significante afname, <5% per jaar (-)
- laatste 12 jaar
- significante afname, >5% per jaar (--, minimaal halvering in 15 jaar)
Broedsucces en overleving
Onvoldoende gegevens beschikbaar voor trendanalyse.
Seizoensvoorkomen
seizoenspatroon
Deze grafiek is gebaseerd op het Meetnet Watervogels (seizoen juli t/m juni). Weergegeven is het gemiddeld aantal per maand in de laatste vijf seizoenen, met onderscheid welk deel is geteld en welk deel is bijgeschat bij onvolledige tellingen (? voor maanden met onbetrouwbare schatting).
Beschrijving voorkomen
Buiten broedtijd
Hoewel Ruigpootbuizerds tussen september en april gezien worden, is de kans op een waarneming het grootst van december t/m februari. Gewoonlijk is het noorden van het land het best bedeeld met overwinteraars, vooral Scandinavische vogels . In sommige winters zijn 'Ruigpoten' talrijker, wat vooral een gevolg is van een goed noordelijk broedseizoen, soms in combinatie met een vroeg inzettende en sneeuwrijke winter. Tijdens zulke invasiewinters is de verspreiding wat ruimer, al blijft deze roofvogel ook dan in Zuid-Nederland schaars. Ondanks deze goede jaren, neemt het aantal overwinterende Ruigpootbuizerds af. Deze soort is zeer gevoelig voor veranderingen in het klimaat, omdat dit grote invloed heeft op populaties van kleine knaagdieren (het stapelvoedsel). Het Scandinavische broedgebied krimpt en achteruitgang in aantal wordt gemeld in Finland en Zweden. Van doortrek is weinig te merken want Nederland ligt op de zuidgrens van het overwinteringsgebied. De meeste trekwaarnemingen vallen in oktober en maart. Lichte Buizerds worden regelmatig verward met Ruigpootbuizerds, zeker als ze ook nog 'bidden' tijdens de jacht. Dat is echter ook voor 'gewone' Buizerds een normale jachtmethode.
Vogelrichtlijn
Staat van instandhouding
De Vogelrichtlijn richt zich op de instandhouding van alle natuurlijk in Europa in het wild levende vogelsoorten waaronder de Ruigpootbuizerd.
Dit betekent dat de EU-lidstaten maatregelen moeten nemen om de populaties van deze soorten op een niveau te houden of te brengen dat met name beantwoordt aan de ecologische, wetenschappelijke en culturele eisen. Daaronder wordt onder andere een gunstige staat van instandhouding verstaan. Het begrip Staat van instandhouding is zo ongeveer synoniem voor de mate van duurzaamheid of gezondheid van een populatie van een soort.
De Vogelrichtlijn verlangt van de lidstaten dat ze leefgebieden voor vogels in voldoende omvang en kwaliteit in stand houden, waaronder door de aanwijzing van speciale beschermingszones ten behoeve van het Europese Natura 2000-netwerk. Voor de Ruigpootbuizerd zijn in Nederland geen speciale beschermingszones aangewezen. De landelijke populatie moet zich wel op een gunstig niveau kunnen handhaven.
Methodiek voor de bepaling van de Staat van instandhouding van vogels
niet-broedvogel
De Staat van Instandhouding van de Ruigpootbuizerd als niet-broedvogel in Nederland is zeer ongunstig.
Beoordeling Staat van Instandhouding | ||||
Verspreiding | Populatie | Leefgebied | Toekomst | Eindoordeel |
zeer ongunstig | zeer ongunstig | zeer ongunstig | zeer ongunstig | zeer ongunstig |
Aangewezen gebieden
Er zijn geen gebieden aangewezen voor deze soort.
Telrichtlijnen
Er zijn geen telrichtlijnen voor deze soort.