Verspreiding en trends
Verspreiding
Deze kaart is gebaseerd op de Vogelatlas van Nederland (Sovon 2018). Per atlasblok van 5x5 km is er een schatting van het aantal broedparen gegeven.
Deze kaart is gebaseerd op de Vogelatlas van Nederland (Sovon 2018). Per atlasblok van 5x5 km is er een schatting van het aantal individuen gegeven.
Aantalsontwikkeling
Onvoldoende gegevens beschikbaar voor trendanalyse.
Broedsucces en overleving
Onvoldoende gegevens beschikbaar voor trendanalyse.
Seizoensvoorkomen
seizoenspatroon
Deze gegevens zijn gebaseerd op losse waarnemingen uit het Bijzondere Soorten Project (BSP)
Beschrijving voorkomen
Buiten broedtijd
Koereigers verschijnen vooral in de lage delen van het land. Waarnemingen zijn het hele jaar mogelijk, maar de maanden april-juni en september-november zijn favoriet. Doorgaans ging het om slechts enkele vogels, maar in recente jaren gaat het om tientallen, soms meer dan honderd, exemplaren. Bij een klein deel van de vogels gaat het overigens om uit gevangenschap ontsnapte vogels, herkenbaar aan hun plastic ringen of kenmerken van de ondersoort coromandus.
Broedtijd
In het verleden nestelden er meerdere keren met zekerheid Koereigers in ons land, onder andere in 1998 (De Wieden) en 2006 (de Braakman); in beide gevallen zonder succes. Het eerste succesvolle broedgeval vond plaats in 2021 (wederom De Wieden). Gezien de enorme toename in Frankrijk kunnen we deze soort in de toekomst waarschijnlijk vaker verwachten als broedvogel. Waarnemingen werden tot en met 1996 beoordeeld door de Commissie Dwaalgasten Nederlandse Avifauna, daarna geregistreerd door Sovon en Waarneming.nl.
Vogelrichtlijn
Staat van instandhouding
De Vogelrichtlijn richt zich op de instandhouding van alle natuurlijk in Europa in het wild levende vogelsoorten waaronder de Koereiger.
Dit betekent dat de EU-lidstaten maatregelen moeten nemen om de populaties van deze soorten op een niveau te houden of te brengen dat met name beantwoordt aan de ecologische, wetenschappelijke en culturele eisen. Daaronder wordt onder andere een gunstige staat van instandhouding verstaan. Het begrip Staat van instandhouding is zo ongeveer synoniem voor de mate van duurzaamheid of gezondheid van een populatie van een soort.
De Vogelrichtlijn verlangt van de lidstaten dat ze leefgebieden voor vogels in voldoende omvang en kwaliteit in stand houden, waaronder door de aanwijzing van speciale beschermingszones ten behoeve van het Europese Natura 2000-netwerk. Voor de Koereiger zijn in Nederland geen speciale beschermingszones aangewezen. De landelijke populatie moet zich wel op een gunstig niveau kunnen handhaven.
Methodiek voor de bepaling van de Staat van instandhouding van vogels
niet-broedvogel
De Staat van Instandhouding van de Koereiger als niet-broedvogel in Nederland is gunstig.
Beoordeling Staat van Instandhouding | ||||
Verspreiding | Populatie | Leefgebied | Toekomst | Eindoordeel |
gunstig | gunstig | gunstig | gunstig | gunstig |
Aangewezen gebieden
Er zijn geen gebieden aangewezen voor deze soort.
Telrichtlijnen
Broedvogels
Methode
Nesten tellen, evt. volwassen paren/individuen tellen op broedplaats.
Tijd van het jaar
Eind april t/m eind juni
Tijd van de dag
Gehele dag.
Datumgrenzen, normbezoeken en fusieafstand
geldige waarnemingen | normbezoeken | minimaal vereist | fusie- | |||||||||
adult | paar | terr | nest | migrant | 1 | 2 | 3 | seizoen | datumg | datumgrens | afstand | |
. | X | X | X | 2 | 10-5 t/m 30-6 | 1000 |
Aanwijzingen
Bezette nesten tellen dan wel broedverdachte vogels. Paren of zich verdacht gedragende individuen lange tijd met de kijker volgen; let op nestindicerend gedrag: nestbouw, invallende vogels op potentiële broedplaats, paar met pas uitgevlogen (nog niet vliegvlugge, vaak in bomen bij nest verblijvende) jongen enz. Beide partners bouwen aan nest en slepen voer aan. Voedselvluchten over vele kilometers mogelijk.
Documentatie
Soort heeft pas enkele malen in Nederland gebroed. Derhalve broedgevallen goed documenteren. Geef per datum aan wat werd waargenomen, en geef de hoogste broedcode.
Bijzonderheden
Nestelt in het buitenland vaak in eigen kolonies, maar bij ons gaat het tot dusverre om solitaire paren in kolonies van andere reigers (Blauwe Reiger, Kleine Zilverreiger), Aalscholver en/of Lepelaar.
Broedbiologie
Meestal nestelend in struiken en bomen. Beide partners bouwen aan nest en voeden jongen. Eileg van eind april tot in juni. Eén broedsel per jaar, meestal 4-5 eieren, broedduur 22-26 dagen, nestjongenperiode 20-24 dagen. Jongen 30 dagen na nestverlating geheel vliegvlug.
Slaapplaatstelling
Tijd van het jaar
Augustus-maart, hoogste aantallen in september-oktober.
Tijd van de dag
Avond: van 1 uur voor zonsondergang tot 1 uur erna.
Ochtend: van 1 uur voor zonsopgang tot half uur erna.
Zowel ´s ochtends als ´s avonds te tellen.
Aanwijzingen
- Slaapplaats lokaliseren door volgen van slaaptrek in avond (richting belangrijk!) of evt. gericht bezoeken van geschikte locaties rond zonsondergang.
- Oppassen met voorverzamelplaatsen (vogels kunnen nog verkassen tot vlak voor zonsondergang).
- Zoek telpunt met goed uitzicht op aan/afvliegende vogels.
- Tegenlicht kan prettig zijn, want vogels blijven langer zichtbaar.
- Grote slaapplaatsen met meerdere mensen tellen.
- Vogels arriveren bij helder weer gemiddeld later dan bij donker weer.
- Bij aanvang van telling aanwezige vogels noteren, vervolgens aan- en/of afvliegende vogels noteren.
Bijzonderheden
- Slaapplaats doorgaans in bomen langs water, soms op een eilandje.
- Vogels maken geregeld gebruik van voorverzamelplaatsen en vliegen in het laatste licht naar de definitieve slaapplaats.
- Vaak gemengd met andere zilverreigers. Let bij aanvliegende vogels op het gedrongen postuur en de snellere vleugelslag.