Distribution and trends
Distribution
This map is derived from the annual survey of colonial and rare breeding birds. For each atlas square of 5x5 km the most counted number of breeding pairs is given.
This chart is based on the Atlas of the Dutch Birds (1987), an estimate of the numbers present is given for each atlas square of 5x5 km.
Population trends
Not enough data.
Breeding success and survival
Not enough data.
Seasonal occurrence
seasonal pattern
Data derived from observations of rare non-breeding birds.
Occurrence description
Broedtijd
In 1995 bracht een paar jongen groot bij Zeewolde. Na dit eerste broedgeval duurde het 10 jaar tot het volgende geval. In 2005 vond nestbouw plaats bij Lelystad. Sindsdien vinden steeds vaker, maar nog niet jaarlijks, broedpogingen plaats. Dit patroon past in de uitbreiding van het verspreidingsgebied richting het westen. Toekomstige vestiging als regelmatige broedvogel is niet denkbeeldig. Waarnemingen in de broedtijd betreffen in sommige gevallen ongepaarde zingende vogels. Ze blijven soms enige tijd ter plekke. Tot en met 2011 werden waarnemingen beoordeeld door de Commissie Dwaalgasten Nederlandse Avifauna.
Birds directive
Conservation status
No conservation status of this species is available.
Assigned areas
No areas assigned
Counting guidelines
Broedvogels
Methode
Territoriumkartering
Tijd van het jaar
Begin May t/m half July
Tijd van de dag
Vooral in schemer en 's nachts.
Datumgrenzen, normbezoeken en fusieafstand
Valid sightings | normbezoeken | minimaal vereist | fusie- | |||||||||
adult | paar | terr | nest | migrant | 1 | 2 | 3 | seizoen | datumg | datumgrens | afstand | |
. | . | X | X | 2 | 15-5 t/m 20-6 | 300 |
Aanwijzingen
Zang (duidelijk langzamer dan Nachtegaal), speciaal attent zijn op aanwijzingen voor nest: nestbouw, alarm en voedseltransport. Afspelen van geluid (ook van Nachtegaal) kan zinvol zijn om te controleren of een vogel aanwezig is gebleven (solitaire broedparen kunnen zeer onopvallend zijn). Probeer vast te stellen of het om een ongepaarde vogel gaat dan wel een paar.
Oppassen voor verwarrende zang: bij gemeenschappelijk voorkomen kan Noordse Nachtegaal zangstrofen van Nachtegaal overnemen naast eigen zang, het omgekeerde (Nachtegaal met zangstrofen van Noordse Nachtegaal) komt zelden voor.
Documentatie
Soort wordt vrijwel jaarlijks vastgesteld, maar broeden is slechts eenmaal aangetoond. Toekomstige vestiging als regelmatige broedvogel echter niet denkbeeldig.
Uitgebreide beschrijving soort, geluidsopname en gedetailleerde documentatie noodzakelijk met per waarnemingsdatum hoogste broedcode. Soort werd tot en met 2014 beoordeeld door CDNA, daarna geregistreerd door Sovon en Waarneming.nl.
Bijzonderheden
Mengparen met Nachtegaal komen voor, evenals hybride vogels.
Broedbiologie
Gebonden aan zelfde biotopen als Nachtegaal: vrij open loofbos op vochtige ondergrond met hoge kruidenvegetatie. Nest op bodem verstopt, vaak tussen brandnetels in omgeving van struiken. Eileg half mei tot eind juni, vooral in tweede helft mei. Eén broedsel per jaar, meestal 4-5 eieren, broedduur 13-14 dagen, nestjongenperiode 10-11 dagen, familieverband na uitvliegen nog 2-3 weken intact waarbij beide partners deel van de jongen voor hun rekening nemen (maar op zichtafstand van elkaar blijven).