KerninformatieA051 Krakeend niet-broedvogel (Bouwsteen)

Deze bouwsteen richt zich op de Krakeend in de hoedanigheid van niet-broedvogel. In Nederland is de soort het gehele jaar door aanwezig. Krakeenden overwinteren in ondiepe zoete wateren, maar ze worden ook aangetroffen op grotere (diepere) wateren, in estuaria en langs kusten. De Krakeend is een grondeleend die niet of nauwelijks duikt en als zodanig gebonden is aan ondiepten en oevergebieden. Het gevarieerde dieet is grotendeels plantaardig. Krakeenden eten vooral loof, wortels en zaden van waterplanten, krans- en draadwieren, vegetatieve delen van waterplanten (macrofyten), soms ook valgraan op stoppelvelden. Daarnaast wordt ook dierlijk voedsel zoals zoetwaterslakken, waterinsecten, wormen en kleine visjes genuttigd. In de winter wordt de eigen broed- en standpopulatie aangevuld met broedvogels uit Fenno-Scandinaviƫ, de Baltische staten en westelijk Rusland. De in ons land overwinterende en broedende Krakeenden maken deel uit van de NoordwestEuropese flyway-populatie, waarvan in Nederland in de winter 40-50% verblijft.