HandleidingTelprotocol stadse Scholeksters
Dat Scholeksters inmiddels regelmatig in stadse omgeving broeden mag genoegzaam bekend zijn. In 2009 ging het om 4 procent van de populatie. Onduidelijk is echter welk percentage van de Nederlandse Scholeksters tegenwoordig in urbane omgeving broedt. Om hier inzicht in te krijgen, is het van belang dat meer urbane Scholeksters geteld worden. Iedereen kan meetellen!
 
Hoe werkt het?
- Claim één of meerdere kilometerhokken voor het Jaar van de Scholekster op portal.sovon.nl > Vacante gebieden > Broedvogels
- Je gebieden kun je daarna terugvinden in Avimap (ververs eerst de basisdata)
- Breng gedurende het broedseizoen drie bezoeken aan je gebied en inventariseer op Scholeksters
- Noteer naast de aantallen en locaties ook de broedcodes van de vogels
- Optioneel kun je ook andere soorten tellen – zoals de Witte Kwikstaart, Zwarte Roodstaart en Kievit – en je telling uitbreiden met het registreren van het broedsucces in een nestkaart
- Heb je vragen over deze telling, stuur dan een e-mail naar scholekster@sovon.nl
 
Toelichting bij de methode
Met de deze telling volgen we de methode die wordt gebruikt in het Broedvogel Monitoring Project (BMP). Hierdoor zijn de resultaten van de tellingen in de stad goed te vergelijken met tellingen buiten stedelijk gebied
De kilometerhokken in deze telling zijn geselecteerd op de volgende criteria: minstens voor 50% bebouwing en aanwezigheid van de wijktypen 'bedrijventerrein' en/of 'nieuwbouw'. Dit zijn namelijk de wijktypen waar Scholeksters het meest voorkomen.