KerninformatieA017 Aalscholver broedvogel (Bouwsteen ten behoeve van het Strategisch Plan Natura 2000)

Deze bouwsteen richt zich op de Aalscholver in de hoedanigheid van broedvogel. Aalscholvers broeden in kolonies van enkele tientallen tot duizenden paren, al zijn de laatste zeldzaam in Nederland. Deze kolonies zijn veelal te vinden in direct aan water grenzende, of geïnundeerde, moerasbossen of boomgroepen, maar ook wel in andere verticale landschapselementen zoals hoogspanningsmasten in de buurt van visrijke wateren in het binnenland en langs de kust. Soms broeden Aalscholvers ook op grondnesten, maar dan wel in een predatorvrije omgeving. Gedurende het gehele jaar bestaat het voedsel vrijwel uitsluitend uit vis. Aalscholvers eten vooral grotere vissen zoals Pos, jonge Baars, Blankvoorn en andere soorten. De keuze van de broedlocatie en de uiteindelijke grootte van de kolonie hangt sterk samen met de nabijheid van geschikt viswater. Het voedselgebied (grote, voedselrijke, visrijke binnen- of kustwateren) ligt maximaal 15-20 km van de nestplaats. Nederlandse broedvogels overwinteren in eigen land en zuidwaarts tot rond de Middellandse Zee. In Nederland broedt 5-6% van de Europese populatie (excl. Rusland).